"Last stop before the top"
23 oktober Viterbo – Vetralla
Het is stil onderweg. Herman op de trein gezet. Loop weer in alle stilte langs de olijfgaarden. Niet in alle rust. De wind waait, het is kil en onrustig. Ook al zijn het de laatste kilometers; het voelt niet zo. Ze moeten net zo hard nog gelopen worden en leveren de gebruikelijke muizenissen op. Om me helemaal uit de droom te helpen is Vetralla het toppunt van armoede, met koude, verveloze straten en half ingestorte huizen. Samen met de twee Duitsers, de Zwitser en de twee Colombiaanse meisjes die al een paar dagen in hetzelfde ritme lopen overnacht ik in een koud en vochtig hok onder het St. Franciscus klooster. De vrijwilligers sjouwen vol goede bedoelingen met matrassen en vieze hoezen om ons allemaal te herbergen. We krijgen zelfs een maaltijd aangeboden, die in deze gore omstandigheden helemaal niet smaakt. De douche doet het niet en de wc is al zeker tien jaar niet schoongemaakt. De volgende ochtend weten we niet hoe snel we allemaal weer het dorp uit moeten komen.
24 oktober Vetralla – Sutri/Monastero di San Vincenzo
Een nacht een eigen kamer met badkamer en lekkere verse handdoeken. Dat is wat ik wil. Daarom booking.com maar weer eens geraadpleegd. Kom evengoed in een klooster terecht. En nog wel een heel groot exemplaar. Zomaar bovenop de heuvel, van verre zichtbaar. Volledig uitgestorven, terwijl er plek is voor honderden mensen. s Avonds bij het eten blijkt er toch een groep van dertig geherbergd te zijn. Ik raak aan de praat met een arts uit het gezelschap, die religie, celbiologie en het menselijk lichaam feilloos aan elkaar weet te verbinden. Hij heeft er zelfs een boek over geschreven en laat me de plastische plaatjes zien. Een druppel bloed van Jezus bevat alles in zich, verbeeld door het getal 44 en de letters x en y. In verband met de chromosomen. Waarom 44 in plaats van 46 ben ik vergeten te vragen. De studiegroep trekt er een paar keer per jaar onder leiding van de lokale priester op uit om religieuze kwesties te bespreken. Een mooie tegenhanger voor al die mechanische geloofsbelijding van de afgelopen dagen.
25 oktober Sutri – Campagnano di Roma
Vandaag dan toch. Eerst een man met donkere zonnebril en grijze Mercedes die de hele tijd naast me stopt en me een ‘lift’ wil aanbieden. En in het bos tussen Monterosi en Campagnano di Roma een potloodventer die wat van me moet. Eerst denk ik nog per ongeluk een plassende man tegen het lijf te lopen, maar hij wil iets anders. ‘Look at me!’. ‘Go away!’ roep ik en stap door. Hij blijft steeds achteruitlopend voor me lopen. Ik weet niet wat te doen. Ben niet echt bang, maar wel een beetje radeloos. ‘Look at me; then I go away’. Ik duw de man weg. Prik m met mijn stokken. Maar hij is toch echt veel sterker dan ik. Hem z’n zin geven vind ik zo’n gore gedachte, dat ik nog steviger doorloop. Hij wordt ondertussen steeds handtastelijker en ik vind het inmiddels ook helemaal niet grappig meer. Ineens herinner mij dat ik een SOS-fluitje aan mijn tas heb hangen, voor als ik in het ravijn val. Hij probeert me tegen te houden en slaat de pet van mijn hoofd, maar ik blaas heel hard en de gluiperd zet het zowaar op een rennen.
Dan slaat de schrik me pas echt om het hart. Het bos duurt nog vier kilometer. Loopt hij niet achter mij aan? En wie is die motorrijder in pak met helm op, dwars op het pad? Ik kan het niet zien. Hij groet in het Italiaans en niet in het Engels, maar dat kan een valstrik zijn. Al strompelend en struikelend bereik ik het verder ook niet erg opbeurende dorp Campagnano di Roma. De twee Colombiaanse meisjes die ik later op de avond tegen kom hebben hem niet gezien, maar wel eerder over hem gehoord van een Franse pelgrima die hij had lastiggevallen. Ik weet niets beters te bedenken dan een twitterbericht uit te doen als waarschuwing voor alleen lopende dames. De rest van het dorp ziet er weinig hulpvaardig uit. Eerder als de incestueuze familie van dit misbaksel. Maar dat zal ik me wel verbeelden.
26 oktober Campagnano di Roma – La Storta
Gisteravond met behulp van wat telefonische aanwijzingen van mijn Tiara vriendinnen mijn aura schoongemaakt. De schrik eruit, de viesheid laten verdwijnen en me weer goed in m’n vel voelen. Ik laat me toch niet twee dagen voor het einde door zo’n zielig figuur de schoonheid van het lopen door de natuur benemen! Dat is in ieder geval hoe ik het wil voelen. Een beetje bibberig en onverklaarbaar stram loop ik vandaag stevig door naar de laatste stop voor Rome. Onderweg kom ik door Formello, gelukkig weer een schoonheid van dorp. De huizen geverfd, de bloemetjes buiten en een aardige barman die mij gewoon nog een extra croissant komt brengen, omdat die net vers uit de oven komt. Ook de zusters van Nostra Signora lijken ’s middags extra lief en doen mij een mooie sleutelhanger cadeau. Kijk, zo ken ik de mensen weer. Ik neem een heerlijk warm bad en doe een middagdutje onder een driedubbele berg dekens, zo koud heb ik het. Morgen de grote dag.